Column van enkele maanden terug, toen ik op zoek was naar een kamer...

Vrijdag 14 mei, 2010.


Vijf is het eerste lustrum en hoewel in dit geval weinig reden voor een feestje, ben ik stiekem toch trots. Na vijf keer ben je tenslotte geen beginneling meer, je kent het klappen van de zweep, en als het waar is dat je na tien keer gemiddeld succes hebt, ben je al op de helft.
Vanavond ga ik voor de vijfde keer hospiteren en de Van Lieflandlaan X heeft de grote eer hiervan getuige te mogen zijn.
Na een barre tocht op een geleende fiets naar Tuindorp sta ik om exact 22.15 op de stoep. Ik ben voor de tweede keer deze week aan de ‘VLLL’, dus hoef niet lang te zoeken en ook de structuur van een VLLL-huis heeft na drie eerdere avonden hier geen verrassingen meer voor me. Ik loop naar binnen, schud zes handen en nog voor ik kan gaan zitten, zijn me al drie vragen gesteld: Heb je een vriendje? (Nee? Oh.) Wil je een vriendje? (Nee? O, hihihihi.) Wat is je een sterrenbeeld? (Boogschutter? Hihihi, drie vissen en twee boogschutters tot nu toe! Hihihi.)

Zo, dit begint al goed.

Deze reacties en het gelach komen van de enige huisgenote wier naam ik onthouden heb – Daniëlle. Het duurt zo’n luttele twintig seconden voordat ze me irriteert. Ze hangt op de bank met een (haar?) vriendje, dat wel aan haar vastgeplakt lijkt te zitten. Ze domineert de hele woonkamer en bovenal zit ze constant te giechelen en heeft ze teveel bier op – iets wat zelfs ik door heb.

Na wat Dubbelfris in een theekopje te hebben ontvangen, kijk ik afwachtend om me heen. Daniëlle blijkt, samen met het andere meisje, de leiding over het geheel te hebben, maar ze is maar beperkt in staat om haar lijstje met vragen af te werken, omdat ze wordt afgeleid door haar huisgenoten, de vastgeplakte co-bankhanger en omdat ze het concentratievermogen van een goudvis heeft. Het andere meisje neemt het vragenstellen dus maar over. Zij is eigenlijk best aardig en vraagt wat door over studie, hobby’s, etcetera. De vier jongens zitten er vooral bij en kijken ernaar, natuurlijk onder het genot van een biertje en wat melig commentaar. Af en toe onderbreekt Daniëlle het gesprek om weer met een logische vraag te komen als: ‘Spreek je Spaans? Hihihihi…’

Inmiddels heb ik ook wat om me heen gekeken: hoewel de vuile vloer en de volle asbakken (Heb je bezwaar tegen roken? Eh, ja. Oh, hihi.) me niet bepaald aanstaan, is het vooral de sfeer die afstoot. De nog-flauwer-dan-flauw-grapjes vliegen tussen het gesprek door over de tafel en een van de jongens legt me enthousiast uit dat je hier zo leuk kunt kloten met de keukenkastjes. ‘Jeweetwel, dan doe je er teveel pannen in en als je dan ‘t deurtje open doet…’ Een ander merkt vrolijk op: ‘Ja, er wordt heel veel gekut hier.’
Slechts één sterke gedachte komt langzaam maar onvermijdelijk in me op: ik moet hier weg, en gauw. Nog liever zeven vierkante meter in Overvecht-Noord dan hier verplicht worden te wonen. In dat geval wil ik namelijk geld toe. Er zijn dus twee mogelijkheden: ik moet óf nu weglopen (en dat durf ik niet) óf zorgen dat de minieme kans dat dit huis mij kiest zo gauw mogelijk tot compleet nul gereduceerd wordt. Dat is gelukkig niet zo moeilijk; ik hoef er slechts de waarheid voor te spreken. Want ja, Daniëlle heeft weer wat vragen klaar: Kun je tegen geintjes? Nee. Houd je van dansen? Nee. Van drinken dan? Nee. Stilte. Dan, verbaasd: Ja, maar…wat doe je DAN? Hahahaha!
Inderdaad, naast dansen en drinken kan een mens weinig met z’n vrije tijd doen.

Als ik van een van de jongens iets later een rondleiding door het huis krijg, stel ik voorzichtig vast dat ik ‘niet denk dat er hier een match is’. We kletsen nog heel even en vervolgens roep ik richting woonkamer dat ik er maar eens vandoor ga, steek mijn hand op en ren zo gauw mogelijk de trap af – weg van hier!

In de hal beneden zie ik een bekend gezicht, op weg naar hetzelfde huis als ik. O ja, met haar heb ik dinsdag ook al gehospiteerd! Pas als ze al voorbij is bedenk ik dat ik haar even had moeten waarschuwen over wat haar te wachten stond…

Op naar nummer zes. :-)