Brief aan de Sint

Lieve Sint Nicolaas,

Als het goed is dobbert uw stoomboot momenteel ergens ter hoogte van Belgie richting Nederland. Over ruim vierentwintig uur komt u tenslotte aan in Groningen. Naar ik hoop heeft u een voorspoedige reis en laat uw gezondheid niets te wensen over.
 Ik neem aan dat u de Nederlandse kranten niet al te goed hebt gelezen de laatste weken, want anders was u waarschijnlijk thuisgebleven. Uw trouwe helper werd bediscussierd, beschimpt en verdedigd, terwijl politiek correct gepraat (vervelend maar wel nodig) en racistische uitingen (gewoonweg schokkend) over elkaar heen buitelden. Waarom heeft niemand u eigenlijk naar uw mening gevraagd? Dan was de discussie snel opgelost geweest. Ik ben er namelijk vrij zeker van dat u rustig had gezegd dat u tot voortschrijdend inzicht bent gekomen en ook Gele, Blauwe en Paarse Pieten in dienst zal nemen, zodat niemand zich gediscrimineerd hoeft te voelen en het Sinterklaasfeest zo leuk kan blijven als het is. Zo verstandig bent u wel.
                Maar laat ik terzake komen. Ik weet dat ik op zich niet echt meer in aanmerking kom voor persoonlijke cadeautjes van uw kant. Het is tenslotte algemeen bekend dat u er alleen bent voor alle kinderen onder de tien en dat u daar uw handen al vol aan hebt. Dat begrijp ik. Iedereen die ouder is, wordt geacht lootjes te trekken en dat is nog ontzettend leuk ook. Het problem is echter dat ik hier weinig andere Nederlanders ken en niet weet hoe ik ’lootjes trekken’ in het Zweeds moet vertalen.
                En aangezien ik gisteren vijftien klasgenoten vanuit de hele wereld met uw traditie kennis heb laten maken – in een taal die ik nog altijd niet geheel machtig ben- en het gepresteerd heb zelfs het fenomeen Zwarte Piet uit te leggen zonder dat de klasgenoot uit Oeganda zich beledigd voelde, vind ik dat ik het verdien u een brief te mogen schrijven met een kleine wens.
                Nee, ik hoef geen nieuwe Barbie (die vond ik altijd al stom), noch een kraanwagen voor geemancipeerde meisjes. Ik hoef niet eens nieuwe studieboeken, want die haal ik wel in de bieb. Maar als u even tijd heeft (en u rijdt tenslotte nog lang niet weer naar Spanje), kunt u dan proberen mijn Zweedse en mijn Nederlandse leven wat meer te verenigen? Als in dat sommige Nederlandse vriendinnen ineens even hier zijn, of ik voor een avond daar, zodat ik mee kan gaan dansen op een verjaardagsfeest? (Ik houd niet eens van dansen en toch wil ik erbij zijn. Kunt u nagaan.) Of dat mijn ouders een middagje kunnen komen lunchen en dan gewoon rond theetijd weer naar huis vertrekken, zodat ze voor het eten thuis zijn?
 Hoe u het praktisch gezien regelt, maakt mij niet uit: een hogesnelheidslijn (twee uur reistijd) tussen Amsterdam en Malmö zou wellicht handig zijn, maar als u het op een of andere metafysische manier oplost, vind ik het ook prima. Die keer dat u die drie ingezouten jongens die door de slager vermoord waren, tot leven wekte, moet u heel wat toverkunsten hebben gebruikt, dus we weten dat u het kan.
                Ja, ik ga dan over vijf weken wel voor Kerst naar huis, maar ik mis Nederland toch zo bij tijd en wijle. Zeker nu het hier donkerder en grauwer wordt, wat altijd slechte zaken doet voor mijn nostalgieniveau. En ondanks een voorraad pepernoten, een stad die steeds meer Kerstgroen en –rood kleurt, een druk sociaal leven en lieve vrienden hier. Maar dat begrijpt u toch wel, als Turkse immigrant in het Spaanse?


Uw toegenegen
Paula Dubbink
(Mijn adres staat vast wel in uw Grote Boek.) 

Comments