De liefde van de toerist gaat door de maag...
- Gazpacho is niet algemeen Spaans, maar komt uit Andalusië. Je komt het hier dus nauwelijks tegen. Hetzelfde geldt voor de Flamenco en nog wat andere zaken die wij in Nederland graag op één hoop gooien als ‘Spaans’. Overigens spelen de Spanjaarden zelf ook vals, want paella komt natuurlijk ook niet uit Salamanca (dan zouden we de garnalen uit de Rio Tormes moeten vissen?), maar er is wel een restaurant met zes verschillende soorten paella.
- Als vegetariër is het hier best te overleven, maar veel authentiek Spaans eten valt helaas af. In sommige gevallen ben ik daar niet rauwig om (ik noem een specialiteit met rijst en stierenbloed), maar in andere gevallen is het jammer. Salamanca is bijvoorbeeld beroemd om zijn hornazos. In de rest van Spanje heten die gewoon empanadas (en hier soms ook, dus hoe het precies werkt heb ik nog niet doorgrond); het zijn hartige gevulde pastijen met de dikte van een gevulde koek. De vulling is echter altijd met vlees, kaas en vlees of, in een enkel geval, tonijn. Die laatste variant heb ik geprobeerd, maar ik vond ‘m vooral erg droog.
- Lunchen met een broodje is hier al iets vreemds en met een vegetarisch broodje al helemaal. Praktisch alle zaken waar ik langskom hebben stukken stokbrood met prachtig gekleurde ham of, vooruit, met kaas én ham. Dus ben ik wel veroordeeld tot het eten van zoete snacks van de pastelería. Ze verkopen onder andere Napolitana’s (lijken veel op het Franse pain au chocolat), zoete kadetjes met een puddingachtige vulling of broodjes met chocolade en banaan die een mens waarachtig naar de hemel doen opstijgen.
- Jamón is hier sowieso nogal the bomb. Verschillende speciaalzaken hebben tientallen gedroogde hammen hangen. (Lengte soms tot een meter.) Ook in de supermarkt kom je ze soms tegen, maar ik ben niet zo dol op de geur.
- Dan zijn er natuurlijk nog de tapas. Voor de enkeling die dat wellicht niet zo goed kent: een tapa is een bescheiden portie hartige hapjes die samen met het aperitief op tafel komt. Wie slechts een of twee tapas eet (en die met een flinke groep deelt) zal daarna nog wel trek hebben in een echt diner – en dat was ooit ook de bedoeling – maar het is allang gewoon om meerdere rondjes tapas te bestellen, zodat het echt als avondeten dient. Je krijgt er brood bij en niet, zoals meestal in Nederland, patat. Verder bestaat het concept ‘tapasrestaurant’ (i.e. een restaurant gespecialiseerd in het serveren van tapas) hier niet: danwel eet je tapas in een barretje (bars zonder tapas zijn zeldzaam; je wilt toch wel iets eten bij je drankje? Als je geen tapas bestelt, krijg je dus meestal toch een klein bakje chips), danwel ga je naar een gewoon restaurant dat óók tapas heeft. Het restaurant is dan vaak wel in tweeën gedeeld: een deel met nette stoelen en tafeltjes voor de mensen die echt komen dineren en een informeler gedeelte met bijvoorbeeld barkrukken voor de tapaseters. Soms wordt in dit tweede gedeelte ook niet bediend en hangt er een luidruchtige televisie aan de muur. Dit zegt echter niets over de kwaliteit van de tapas! Zoals gezegd, om elf uur nog tapas willen eten wordt in ’t geheel niet laat gevonden. Een gemiddeld restaurant opent niet voor een uur of acht.
- Schrijfster dezes is, welk een schande, nog geen extreme fan van de tapas. Natuurlijk, er zitten heerlijke hapjes bij, maar het feit dat ik geen vlees eet beperkt de keuze toch al wel. Maar goed, dat is mijn eigen probleem. Belangrijker: ik mis de groente! Als je tafelgenoten niet allen konijnen zijn, is het moeilijk hen te overtuigen de ober te vragen of er een tapa met groente is, terwijl er inktvisringetjes in saus op het menu staan en een aparte salade is geen gewoonte. Maar goed, ik ben misschien een beetje tiquismiquis…
aaah, ja vega zijn is niet altijd even makkelijk, maar stierenbloed lijkt me inderdaad een goede reden om het te worden, yak! je hebt toch wel al manchego kaas geprobeerd hè? Dat hebben ze vaak ook bij tapas, is echt heerlijk! oeh en die pasteleria klinken trouwens ook überlekker :)
ReplyDelete